zich bekommeren om (v) (aandacht) | s'inquiéter de (v) (aandacht) |
zich bekommeren om (v) (algemeen) | s'occuper de (v) (algemeen) |
zich bekommeren om (v) (algemeen) | s'inquiéter de (v) (algemeen) |
zich bekommeren om (v) (aandacht) | s'occuper de (v) (aandacht) |
zich bekommeren om (v) (algemeen) | se soucier de (v) (algemeen) |
zich bekommeren om (v) (aandacht) | se préoccuper de (v) (aandacht) |
zich bekommeren om (v) (algemeen) | avoir soin de (v) (algemeen) |
zich bekommeren om (v) (aandacht) | se soucier de (v) (aandacht) |
zich bekommeren om (v) (algemeen) | se préoccuper de (v) (algemeen) |
zich bekommeren om (v) (aandacht) | avoir soin de (v) (aandacht) |